Veen en turf, het heeft Klazienaveen gevormd tot wat het nu is, deel 3.
Klazienaveen – In 2024 is het 135 jaar geleden dat Klazienaveen is ontstaan. Van een veenkeet en de bouw van het winkelpand van Jan Thymens Meester in 1889 tot de bouw van het futuristisch aandoend woon/winkelcomplex Het Schip anno 2024.
Dat is een notendop in de indrukwekkende veenkoloniale geschiedenis van Klazienaveen. Klazienaveen heeft een relatief korte, maar bewogen veenkoloniale geschiedenis achter zich. Veen, turf, ontginning, het heeft Klazienaveen gevormd tot wat het nu is. Centraal in deze 12-delige serie verhalen is de fictieve familie Veenstra dat als eerste in deze streek kwam te wonen.
Deel 3
Zware wissel
Het is januari 1900. Zes weken geleden is Geert Veenstra overleden, hij werd slechts 61 jaar. Het zware turfgraven heeft een te zware wissel getrokken op zijn gezondheid. De reuma en een longaandoening werden hem fataal.
Stikker en oplegger hadden al snel weer een andere eigenaar.
Geert werd begraven op de katholieke begraafplaats in Klazienaveen. Aan de zuidkant van het kerkhof was nog volop veenderij. Aan de voorkant was het veen al voor de kerkbouw afgegraven.
Klazienaveen begon zich meer en meer te ontwikkelen als een echt dorp met voorzieningen.
Aannemer Oldert Tepping uit Noordbarge bouwde al in 1891 de gereformeerde kerk aan de Langestraat. Ook scholen werden gebouwd zoals de openbare lagere school 1, de school met de bijbel in 1903 en de openbare school 2 aan de Schutwijk.
Een andere belangrijke ontwikkeling was de totstandkoming van de tramverbinding vanaf Dedemsvaart. Klazienaveen was opeens bereikbaar vanuit andere delen van ons land.
Ommekeer
Voor zoon Geert zou het jaar 1903 een belangrijke ommekeer in zijn leven worden. Hij was inmiddels ook al 39 jaar, getrouwd met Janna en zijn 6 kinderen voelden als een rijk bezit.
Jarenlang had hij op de persmachine gewerkt, ook zwaar werk, maar het veen werd machinaal geproduceerd. In de persmachine werd het veen door een wormwiel uit twee openingen geperst, waarna het door een “beul” met een ijzeren mesvormig voorwerp op maat werd geslagen. De andere hulp, de plankjesonderschuiver, schoof tegelijkertijd een plank onder de natte turf.
De plankjes werden door een lopende band van staaldraden voortbewogen. Op het veld stonden verder enkele arbeiders, die de plankjes met turf van de band afnamen en op het veld legden.
Geert junior had een behoorlijk technisch inzicht en het was dan ook een geschenk uit de hemel dat hij in 1903 als machinist-bankwerker bij de turfstrooiselfabriek van de Firma W.A.Scholten met de officiële naam NV Veenderij-en Turfstrooisenfabriek “Klazienaveen” aan de slag kon. Dit bedrijf was al in 1889 opgericht. Klazienaveners vonden dit een veel te lange naam en in de volksmond werd de Maatschappij Klazienaveen altijd “De Firma” genoemd. In 1905 kwam het bedrijf los van de Firma W.A.Scholten en werd een zelfstandig bedrijf.
W.A.Scholten heeft veel invloed gehad op de ontwikkeling van Klazienaveen. Niet alleen verrezen er meerdere fabrieken langs het Scholtenskanaal, zoals turfkarton-, turfstrooisel-, koolfabriek, maar ook een groot aantal arbeiderswoningen, een marechaussee kazerne, school, kerk, hotel en postkantoor.
Geert en zijn vrouw verhuisden naar één van die arbeiderswoningen aan het Scholtenskanaal dichtbij Gritter’s/Janssen’s wijkje, ook wel “baaiwiekie”genoemd.
Op de gevel pronkten de letters W.A.S, W.A.Scholten
Einde deel 3
Veen en Turf is geschreven door Jans Jagt.
(Foto: Henk Lambers)